top of page
Zoeken

Wat is het verschil tussen glazuur, onderglazuur en opglazuur?

  • arcillasissi
  • 16 apr
  • 2 minuten om te lezen

leer het verschil tussen glazuur, onderglazuur en opglazuur


Leer het verschil tussen glazuur, onderglazuur en opglazuur. Ontdek welke techniek het beste past bij jouw keramiekproject en hoe je ze toepast.



verschillende kleuren stroke en coat glazuur

Alles over glazuur, onderglazuur en opglazuur

Ā 

Wat is het verschil tussen glazuur (bv Stroke & Coat), onderglazuur en opglazuur?

Ā 

Als je met keramiek werkt, weet je dat de afwerking minstens zo belangrijk is als de vorm. De kleur en glans van je stuk bepalen vaak de sfeer en uitstraling. Maar met zoveel termen zoals onderglazuur, glazuur (bv Stroke & Coat) en opglazuur, kan het verwarrend worden.

In dit artikel leggen we je duidelijk uit wat de verschillen zijn Ʃn wanneer je welke techniek gebruikt.

Ā 

glazuren type Stroke & Coat: een glazuur met kleur Ʃn glans

Ā 

Stroke & Coat is een gebruiksvriendelijke glazuur die zowel kleur als glans geeft in één stap. Je brengt het aan op biscuitgebakken klei en na de eindstook vormt het een glasachtig, glanzend laagje.

• Voordeel:Ā je hebt geen extra transparante glazuur nodig. Nog een voordeel van het stroke en coat gamma is dat deze glazuren het goed doen op zowel de hoge als lage baktemperaturen

• Kleureffect:Ā kleuren kunnen licht in elkaar overlopen als je ze naast of over elkaar aanbrengt.

• Stabiliteit:Ā redelijk stabiel, maar niet zo strak als onderglazuur.

Ā 

Onderglazuur: mat, stabiel en ideaal voor detailwerk

Ā 

OnderglazuurĀ is geen glazuur in de traditionele zin. Het is een gepigmenteerde kleislib (slip) die je aanbrengt op leerharde of biscuitgebakken klei. Na het bakken blijft het mat en dof, vergelijkbaar met ongeglazuurde klei.

• Voordeel:Ā extreem stabiel – kleuren lopen niet door elkaar.

• Let op:Ā voor een glanzend eindresultaat moet je er een laag transparante glazuur overheen aanbrengen.

• Toepassing:Ā perfect voor strakke patronen en schilderwerk.

Ā 

Een bekend voorbeeld van onderglazuur is engobe.

Ā 

Opglazuur: fijne decoratie nĆ” de glazuurstook

Ā 

OpglazuurĀ wordt gebruikt op een al geglazuurd en afgebakken stuk. Denk aan goudrandjes, kleine bloemetjes of fijne lijnen op servies. Je brengt het aan als decoratie en stookt het nogmaals op lage temperatuur (750–850°C).

• Voordeel:Ā ideaal voor delicate accenten.

• Toepassing:Ā vaak gebruikt bij porselein of sierwerk.

• Let op:Ā het vereist een tweede, lagere stook.

Ā 

Vergelijking in ƩƩn oogopslag

Ā 

Eigenschappen:


OnderlgazuurĀ 

Wanneer aanbrengen: Op ruwe klei of biscuit

resultaat na bakken: MatĀ , dof

Extra glazuur nodig?Ā  Ja, voor glans

Mogelijkheid tot detail Zeer geschikt voor precisiewerk

Temperatuur Hoog (afhankelijk van klei/glazuur)Ā 

Stroke & CoatĀ 

wanneer aanbrengen: Op biscuit

resultaat na bakken: GlanzendĀ 

Extra glazuur nodig?Ā  NeeĀ 

Mogelijkheid tot detail Goed, maar kleuren kunnen overlopen

Temperatuur Hoog (steengoed/aardewerk stook)Ā 


Opglazuur

Wanneer aanbrengen: op geglazuurd en afgebakken werk

resultaat na bakken: Glanzend (na tweede, lage stook)

Extra glazuur nodig?Ā  Nee, maar wel opnieuw stoken

Mogelijkheid tot detailĀ Ā  Uitstekend voor fijne details

Temperatuur Laag (rond 750-850°C)


Ā Ā 

Welke techniek kies jij?

• Wil je strakke lijnen en kleurcontrole?Ā Ga voor onderglazuur.

• Wil je snel resultaat met glans?Ā Kies voor Stroke & Coat.

• Wil je achteraf fijne accenten toevoegen?Ā Gebruik opglazuur.

Ā 

Elke techniek heeft zijn charme. Probeer ze uit en ontdek welke het beste past bij jouw stijl en werkmethode.


Veel testplezier!

Sissi

Kommentare


bottom of page